Zondagmorgen 24 november

Zondagmorgen 24 november, de eeuwigheidszondag, lezen we met elkaar Openbaringen 7:9-17. Ons wordt een blik in de hemel gegund. We kijken onze ogen uit aan de toekomst die God bereid. In deze dienst herinneren we hen die ons in het afgelopen kerkelijk jaar door de dood ontvielen en doen voorbede voor allen die treuren om het verlies van geliefden. We zien uit naar elkaar en de nabijheid van de Geest, die onze Trooster is…

Afgelopen week verscheen er in een landelijk dagblad een column
die een goede bekende uit Den Haag schreef naar aanleiding van een gesprek wat we samen hadden.
Er komt van alles in terug wat we bespraken en waar ik vrolijk van wordt.
Daarom geef ik het hier graag door. Het geeft goede moed! Paul Visser

Uitverkiezing

In het restaurant van de Tweede Kamer sprak ik onlangs met een Amsterdamse predikant over de uitverkiezing. Deze hervormde broeder vertelde mij dat hij het juist in zijn werkomgeving van dit geloof moest hebben. Het hield hem meer als ooit tevoren op de been. Ik vond het bemoedigend en verrassend om dit zo onomwonden te horen.

Enige trauma’s heeft de gereformeerde gezindte immers wel overgehouden aan de doordenking van het leerstuk van de uitverkiezing. Niet zelden overwoekerde onze ratio het Woord van de levende God. Soms werd er filosofie bedreven in plaats van theologie. Gods genadige verkiezing verwordt dan tot een logisch systeem, tot een noodlottige constructie. Dit denken past bij het heidendom, dat ons van nature toch al beter ligt dan het Evangelie. De verkiezing vormt dan een blokkade in plaats van een trooststuk. De bijbel kent zo’n systeem echter niet. Verkorenen gaan verloren. Verworpenen worden gered (Lukas 14: 15-24). De verkiezende God is de roepende God. De eeuwigheidsbeslissingen vallen onder de prediking, waar de verzoening wordt bediend. In die zin neemt God Zijn eeuwige besluiten op het allerlaatste moment.

Van de weersomstuit wordt in veel preken de uitverkiezing verzwegen. Nu is de verkiezing ook geen thema dat je te pas en te onpas van de plank moet trekken. Dit leerstuk functioneert het beste in tijden van vervolging of als het genadekarakter van het geloof wordt betwist. Maar juist vandaag, in een tijd waarin de christelijke kerk in snel tempo verdampt, is er alle reden om de verkiezing terug te brengen in de prediking.

God verkiest mensen naar Zijn welbehagen. Dat is een ontzaglijk woord. Maar tegelijkertijd moedgevend en troostrijk. God trekt mensen tot Zich die niets van Hem willen weten. Als er ooit een tijd is geweest waarin het failliet van het arminianisme blijkt, dan is het wel onze tijd. Alles in onze cultuur zet aan om niet tot God te gaan. Laat staan dat we dat uit vrije wil zouden doen.
Overigens is de hele Bijbel vanaf het derde hoofdstuk één doorlopend getuigenis dat dit er bij ons niet in zit. Het enige wat we doen is God eruit werken, net zo lang tot geen mens meer gelooft en er niemand iets aan mist (zie Genesis 11). Het is dat Gods liefde blijft borrelen, innerlijk met ontferming bewogen als Hij is. Overrompelend en onweerstaanbaar. Zonder verkiezing zou de hemel leeg blijven.

Kenmerkend voor de verkiezing is dat God verkiest wat niets is. Dat Hij eenzijdig liefheeft en mensen met Zijn liefde opzoekt, die Hem compleet negeren of verachten. Deze verkiezing staat diametraal tegenover alle moralisme. Geen prestatie, maar gratie. Dat is het meest zichtbaar geworden op Golgotha, waar wij Christus aan een hout nagelden. Toen wij alle deuren naar God definitief dicht gooiden, scheurde God het voorhangsel. Vrije toegang tot God voor de grootste rebellen. Ongekend genadig. Zo genadig dat je jezelf er ook stuk aan kunt ergeren. Je gooit de deur met een smak dicht en Hij beantwoordt dat met de deur nog wijder open te zetten. Onze weerzin tegen het zalig worden, ligt in de gemakkelijkheid ervan. Wij willen iets doen of voelen!

De God van Adam is de God van A’dam. Daarom is er geen reden tot wanhoop. Ook niet als onze evangelisatiepogingen op niets lijken uit te lopen. Zelfs een cultuur die God heeft gedood, kan Gods werk niet tegenhouden. Juist de predestinatie is daarom van ongekend evangelisatorisch belang voor onze verworden samenleving. Denk aan die rake uitroep in de meest piëtistische kringen: ‘Als het voor mij kan, dan kan het voor iedereen!’
Spreken over de verkiezing leidt niet tot fatalisme, maar is juist de grond voor missionair werk. God trekt mensen, al zien zij er geen heil in. Wij geloven in de verkiezende God, Die onweerstaanbaar van zich liet horen aan een heidense Abraham, de vader van alle gelovigen. Zoals hij, zo wij. Zoals toen, zo nu.
Breng de uitverkiezing maar snel terug in de prediking.

Mr. D.H.J van Dijk (beleidsmedewerker SGP Tweede Kamer)

Related Posts

Leave a Reply