Donderdag hadden we een Noorderpodiumavond over het thema: Ik heb het! rijk! alleen!
Spreker was Ad Verbrugge, een bekend filosoof die op verrassende manier inzicht gaf in oorzaken en gevolgen van de huidige kredietcrisis.
Kort en goed was de lijn van zijn betoog:
We massaal op de pof hebben geleefd
en moeten nu de prijs betalen.
Laten we dat zo gauw mogelijk doen
en geen schuld op schuld stapelen.
Het was een inspirerende avond met veel bezoekers en goede vragen!
Zelf sprak ik de volgende column uit:
Ik heb het…
Een goede job
Een prima inkomen.
Een mooi vooruitzicht.
En nog uitdagingen te over.
Al met al mag ik niet klagen.
Er zijn er vandaag de dag zat
die het minder fortuinlijk gaat.
Ik heb het rijk…
Ik kan doen wat ik wil.
Me van alles veroorloven
Een mooi huis
Dure apparatuur
Een exotische vakantie
Een weekendje Parijs of Dubai
Geld moet rollen… niet waar?
Goed voor de economie zeg ik altijd maar
Nee ik heb geen klagen.
Er zijn er zat vandaag de dag
die het minder hebben dan ik.
Ik heb het rijk alleen…
Heb het in de regel voor het zeggen
Ben aan weinigen verantwoording schuldig.
Zet de lijnen uit… houd de zaak in controll
De verwachtingen zijn hoog.
Maar daar houd ik wel van.
Het voorkomt dat het saai wordt
Ik heb het rijk alleen…
Een toppositie, wat moet je nog meer?
Ik zou niet minder willen dan dat.
Maar eerlijk is eerlijk
gemakkelijk is het niet.
Voortdurend wordt er op me gelet.
En elk moment kan ik worden afgerekend
op iets wat ik over het hoofd heb gezien
maar wel had in moeten calculeren.
Hoe lang houd ik dit vol?
Niet denken… doorgaan.
Ik heb het rijk… alleen.
Alleen… dat is het wel ja.
Aan mensen om me heen
kom ik vaak nauwelijks toe.
Dat zijn de consequenties, roept iedereen
En ik met hen.
Ik wil soms wel anders
Maar kan gewoonweg niet.
De crisis… weet je wel.
Ik hoop op betere tijden.
Overdag houd ik me goed staande.
Maar ’s nachts haalt de stress me in.
En verzucht ik in het donker:
O God, hoe lang nog?
Hè… het lijkt wel of ik bid.
Langzaam dringt het tot me door:
is er nog een wereld te winnen!
Paul Visser